Bijziendheid (Myopie)

Bijziendheid (myopie)

Om scherp te kunnen zien is het nodig dat lichtstralen die het oog binnenkomen, precies op het netvlies samenvallen. Bij bijziendheid (myopie) komen binnenvallende lichtstralen niet samen op het netvlies, maar vóór het netvlies. Dit kan twee oorzaken hebben:
  • het oog is te lang (as-myopie). Daardoor ligt het netvlies te ver weg van het hoornvlies en de lens. As-myopie is de meest voorkomende vorm van myopie.
  • het hoornvlies is te bol (brekingsmyopie). 
Op het netvlies ontstaat hierdoor geen scherp beeld meer van een voorwerp veraf.  Omdat bij bijziendheid de binnenvallende lichtstralen te sterk worden gebroken, heb je ter correctie een bril of contactlenzen met een min sterkte nodig.
  

Leeftijd

Myopie komt zowel bij kinderen als bij volwassenen voor. In Nederland neemt bijziendheid de laatste decennia enorm toe. Zeker bij kinderen heeft dit speciale aandacht nodig, want kinderen met -6 of hoger hebben op latere leeftijd de kans van 1 op 3 om ernstig slechtziend of blind te worden. Daarom is het Oogfonds een campagne gestart om hier bekendheid aan te geven. Om myopie te voorkomen wordt geadviseerd kinderen:
  • niet langer dan een half uur achter elkaar op de tablet te laten spelen;
  • minstens twee uur per dag buiten te laten zijn;
  • minstens dertig centimeter afstand te laten nemen van beeldschermen zoals tablets.


Hoe herken je het?

Mensen met een myope afwijking hebben er vaak last van dat het beeld op afstand wazig is. Dichtbij kunnen ze vaak goed tot redelijk goed zien (mits de afwijking niet heel hoog is). Hierdoor wordt het in de volksmond ook wel bijziendheid genoemd.
 

Risicofactoren

Myopie kan erfelijk bepaald zijn, maar hangt ook samen met de levensstijl. Jongere kinderen die veel lezen of veel achter een beeldscherm zitten, hebben een hogere kans om bijziend te worden. Dat geldt ook voor kinderen die tijdens hun jeugd weinig buiten spelen. Mensen met een Aziatische afkomst hebben vaker een myopieafwijking.
 

Wat kan de optometrist doen

De optometrist kan je ogen onderzoeken om vast te stellen of je bijziend bent. Gaat het om kinderen onder de 8 jaar dan zal de orthoptist het onderzoek uitvoeren. Als er sprake is van bijziendheid, dan kan de optometrist een voorschrift geven voor brillenglazen of contactlenzen of deze voor je aanmeten.
 
De optometrist kan verder adviseren wanneer het verstandig is om je ogen weer te laten onderzoeken. Hoge myopie verhoogt namelijk de kans op een oogziekte op latere leeftijd. Zeker in combinatie met een heel lang oog (26 mm of meer). Denk aan myopische maculadegeneratie, netvliesloslating, glaucoom, slijtage aan de gele vlek (macula) en slijtage aan de blinde vlek (papil).
 
Als een operatie wordt overwogen om de refractieafwijking te corrigeren, dan kan de optometrist je verwijzen naar een gecertificeerde refractiechirurg.