Verziendheid (hypermetropie)

Verziendheid (hypermetropie)

Om scherp te kunnen zien is het nodig dat lichtstralen die het oog binnenkomen, precies op het netvlies samenvallen. Bij verziendheid (hypermetropie) komen binnenvallende lichtstralen niet samen op het netvlies, maar achter het netvlies. Op het netvlies zelf ontstaat geen scherp beeld. Dit geldt zowel voor ver als dichtbij zien. Dit kan twee oorzaken hebben: Omdat het beeld niet direct scherp is, spannen de oogspieren zich in om het beeld toch scherp op het netvlies af te beelden (accommoderen). Als het oog de afwijking op deze manier niet zelf kan compenseren, heb je ter correctie een bril of contactlenzen met een plussterkte nodig.
 

Leeftijd

Verziendheid kan op alle leeftijden voorkomen. Omdat jonge mensen nog goed kunnen accommoderen, kunnen zij hiermee de afwijking vaak compenseren. Als de verziendheid te groot is, lukt dit niet. Omdat oudere mensen niet goed meer kunnen accommoderen, kunnen zij de afwijking op deze manier niet ‘oplossen’.
 

Hoe herken je het?

Bij een hypermetrope afwijking hoef je geen klachten te hebben. Mogelijke klachten zijn hoofdpijn, af en toe wazig zicht en jeukende of brandende ogen. Deze klachten nemen vaak toe in de loop van de dag, zeker bij veel lezen of computerwerk. Ook kan scheelzien ontstaan. Deze klachten ontstaan doordat er een constant extra spierspanning geleverd moet worden (accommoderen). Voor volwassenen begint het er vaak mee dat ze minder scherp zien bij het lezen.
 

Risicofactoren

Het vermoeden is dat erfelijkheid een rol speelt bij het ontstaan van verziendheid.
 

Wat kan de optometrist doen

De optometrist kan je ogen onderzoeken om vast te stellen of je verziend bent. Om je ogen op te meten, zal de optometrist soms gebruik maken van een druppel in het oog (cycloplegie). Deze druppels zorgen ervoor dat het vermogen van het oog om te accommoderen even wordt stil gelegd en hierdoor de juiste refractiewaarde makkelijker te meten is. Een hypermetroop oog kan namelijk zo gewend zijn geraakt aan het moeten accommoderen, dat de oogspier in een kramp is geschoten. Door die kramp is het lastiger de refractieafwijking in ontspannen toestand goed vast te stellen. Gaat het om kinderen onder de 8 jaar dan zal de orthoptist het onderzoek uitvoeren.
 
Als er sprake is van verziendheid, dan kan de optometrist een voorschrift geven voor brillenglazen of contactlenzen of deze voor je aanmeten.
 
Als een operatie wordt overwogen om de refractieafwijking te corrigeren, dan kan de optometrist je adviseren en verwijzen naar een gecertificeerde refractiechirurg.